Een strenge of kritische opvoeding kan leiden tot weinig zelfvertrouwen en een laag zelfbeeld. Dit kan ook het geval zijn als ouders te beschermend of controlerend zijn, waardoor het kind niet de kans krijgt om onafhankelijkheid en zelfvertrouwen te ontwikkelen. Mensen die in hun leven veel negatieve ervaringen hebben gehad, zoals pesten, mislukkingen of afwijzing, kunnen een gebrek aan zelfvertrouwen ontwikkelen. Een sterke drang om perfect te zijn kan leiden tot een laag zelfvertrouwen. Voortdurend jezelf vergelijken met anderen kan ertoe leiden dat je jezelf als minderwaardig gaat zien en je zelfvertrouwen aantasten. In sommige gevallen kan sociale druk ook leiden tot gebrek aan zelfvertrouwen, zoals verwachtingen van vrienden, familie of de maatschappij. Gezondheidsproblemen, zoals chronische ziekten, depressie of angst, kunnen het zelfvertrouwen negatief beïnvloeden. Als iemand niet over de nodige vaardigheden beschikt om een bepaalde taak uit te voeren, kan dit leiden tot onzekerheid en een laag zelfvertrouwen. Mensen met een negatief zelfbeeld hebben de neiging om zichzelf in een slecht daglicht te zien, wat kan leiden tot een gebrek aan zelfvertrouwen.